Sint-Nicolaasgasthuis
Al omstreeks 1355 stond in Den Haag het Sint-Nicolaasgasthuis. Het gasthuis stond vlakbij de Grote Kerk op de hoek van de huidige Hoogstraat. Het gasthuis diende voor de opvang van zwervers, die één nacht in de verwarmde zaal van het gasthuis (de baaierd) mochten slapen. Deze baaierd is eeuwenlang in gebruik geweest.
Het Sint-Nicolaasgasthuis had ook een speciale afdeling voor zieken zonder geld. Waarschijnlijk was het Sint-Nicolaasgasthuis eigenlijk gebouwd voor arme medewerkers van het hof.
In 1400 liet de Hollandse graaf Albrecht van Beieren het Sint-Nicolaasgasthuis uitbreiden en schonk hij het geld voor de bouw van de Sint-Nicolaaskapel aan de overkant van de straat.