Verdrag van Parijs
In 1814 werd de Franse Keizer Napoleon gedwongen om af te treden en werd hij verbannen naar het eiland Elba. De landen die tegen Napoleon gevochten hadden, overlegden tijdens het Congres van Wenen hoe Europa eruit zou moeten zien. Rusland, Oostenrijk, Pruisen (Duitsland) en Groot-Brittannië wilden ervoor zorgen dat Frankrijk niet opnieuw allerlei andere landen zou gaan veroveren. Daarom vonden zij het belangrijk dat er ten noorden van Frankrijk een sterk land zou liggen.
In het Verdrag van Parijs werd bepaald dat het Huis van Oranje zou regeren over Holland en dat het land uitgebreid zou worden met de Zuidelijke Nederlanden (nu België). In juli 1814 werd Willem I voorlopig heerser over de Zuidelijke Nederlanden. Over de precieze grenzen van het land werd nog volop vergaderd. Zo wilde Willem I ook graag delen van Duitsland bij zijn rijk.