Hugo de Groot gevangen
Omstreeks 1610 was er er in de Republiek grote ruzie over godsdienst die tot in de politiek werden uitgespeeld. Ook de beroemde geleerde Hugo de Groot raakte hierbij betrokken. Op 29 augustus 1618 werd hij samen met raadpensionarisDe belangrijkste en hoogste ambtenaar in Holland en West-Friesland, ook wel landsadvocaat genoemd. Johan van Oldenbarnevelt en enige anderen gevangengenomen. Hugo de Groot werd gevangen gezet in Den Haag in de Rolzaal op het Binnenhof.
Hugo de Groot werd op 18 mei 1619 tot levenslange gevangenschap veroordeeld. Na zijn veroordeling werd hij op 5 juni 1619 vanuit Den Haag overgebracht naar Slot Loevestein, later gevolgd door zijn vrouw Maria van Reigersbergh en het dienstmeisje Elsje van Houweningen. Hugo de Groot ontsnapte op 22 maart 1621 uit Loevestein in een boekenkist. Hij vluchtte naar Parijs, waar hij tot 1631 bleef wonen.